Audi Q5   Bediening   Rijden  Contactslot
Met de contactsleutel wordt het contact ingeschakeld en de motor gestart.
Sleutel in contactslot steken.
Schakelbak: koppelingspedaal helemaal intrappen en de versnellingshendel in neutrale stand brengen.
Automatische versnellingsbak: rempedaal intrappen en de keuzehendel in stand P of N zetten.
Op de sleutel drukken Afb.1 - de motor start.
Bij dieselwagens kan het voorkomen dat de motor bij lagere temperaturen iets vertraagd start. Daarom moet u de koppeling resp. het rempedaal blijven intrappen tot de motor start. Wanneer wordt voorgegloeid, gaat het controlelampje voorgloeitijd branden.
Als u op de sleutel drukt zonder de koppeling of het rempedaal in te trappen, wordt het contact in- en uitgeschakeld. Bij ingeschakeld contact wordt het stuurwiel ontgrendeld. Bovendien wordt bij dieselwagens automatisch voorgegloeid.
De sleutel kan alleen bij uitgeschakeld contact uit het contact worden getrokken. Hiervoor moet u opnieuw op de sleutel drukken. Bij de automatische versnellingsbak moet hiervoor de keuzehendel in stand P staan.
Bij het starten van de motor worden grotere elektrische verbruikers tijdelijk uitgeschakeld.
Nadat de koude motor is gestart, kan er korte tijd meer motorgeluid te horen zijn, omdat in de hydraulische klepspelingscompensatie eerst oliedruk moet worden opgebouwd. Dit is normaal en daarom geen reden om u zorgen te maken.
Als de motor niet direct aanslaat, wordt het starten na korte tijd automatisch afgebroken. Opnieuw starten.
Aanwijzing voor de bestuurder op het display in het instrumentenpaneel
Zum Starten des Motors Bremse betätigen (Voor het starten van de motor het rempedaal intrappen)
Deze aanwijzing voor de bestuurder verschijnt, als u bij wagens met automatische versnellingsbak bij het starten van de motor het rempedaal niet intrapt.
Zum Starten des Motors Kupplung betätigen (Voor het starten van de motor het koppelingspedaal intrappen)
Deze aanwijzing voor de bestuurder verschijnt, als u bij wagens met schakelbak bij het starten van de motor het koppelingspedaal niet intrapt.
Zum Starten des Motors N oder P wählen (Voor het starten van de motor N of P kiezen)
Deze aanwijzing verschijnt bij het starten van de motor als de keuzehendel van de automatische versnellingsbak niet in stand P of N staat.
P einlegen, sonst kann Fahrzeug wegrollen. Türen sind nur in P abschließbar (Stand P kiezen, anders kan de wagen wegrollen. Portieren kunnen alleen in stand P worden vergrendeld)
Deze aanwijzing voor de bestuurder verschijnt om veiligheidsredenen samen met een waarschuwingssignaal, als de keuzehendel van de automatische versnellingsbak na het uitschakelen van het contact niet in stand P staat. Zet de keuzehendel in stand P om te voorkomen dat de wagen wegrolt. Bovendien kunt u anders de wagen niet via de vergrendelingssensor* op de portiergreep resp. met de afstandsbediening vergrendelen.
Stuurslot
Als er geen sleutel in het contactslot zit, is de stuurinrichting geblokkeerd. Door de geblokkeerde stuurinrichting wordt een mogelijke diefstal van uw wagen bemoeilijkt.
ATTENTIE!
  • Neem altijd de sleutel mee, als u de wagen verlaat. Anders kan de motor worden gestart of elektrische uitrustingen, zoals bijvoorbeeld de ruitbediening, worden bediend. Dit kan tot zware verwondingen leiden.
  • Nooit kinderen of hulpbehoevende personen alleen in de wagen achterlaten. De portieren kunnen worden vergrendeld met de sleutel met radiografische afstandsbediening. Hierdoor kunnen inzittenden de wagen in geval van nood niet zelfstandig verlaten. Afhankelijk van het jaargetijde kunnen personen in de wagen aan zeer hoge of zeer lage temperaturen worden blootgesteld.
  • Nooit de sleutel uit het contact trekken zolang de wagen in beweging is. Het stuurslot zou plotseling kunnen vergrendelen. U bent dan niet meer in staat de wagen te besturen.
Voorzichtig!
  • Bij een storing in het elektronische contactslot knippert op het display in het instrumentenpaneel een controlelampje met de melding Zündschloß defekt (Contactslot defect).
  • Hoge motortoerentallen, volgas en sterke motorbelasting voorkomen, zolang de motor zijn bedrijfstemperatuur nog niet heeft bereikt - gevaar voor schade aan de motor!
Milieu
Laat de motor niet met stationair toerental warmdraaien. Direct wegrijden. Hierdoor voorkomt u onnodige uitstoot van schadelijke stoffen.
Aanwijzing
  • Als de sleutel niet meer uit het contactslot zou kunnen worden verwijderd, moet u om de wagen desondanks te kunnen vergrendelen, het bovenstuk van de sleutel lostrekken. Met het losgetrokken bovenstuk kan de wagen worden vergrendeld.
  • Als u bij ingeschakeld contact het bestuurdersportier opent, klinkt er een zoemer en verschijnt de aanwijzingstekst Zündung eingeschaltet (Contact ingeschakeld) op het display in het instrumentenpaneel. Contact uitschakelen.